omgerekend

From Wiktionary, the free dictionary
Jump to navigation Jump to search

Dutch[edit]

Pronunciation[edit]

  • (file)

Participle[edit]

omgerekend

  1. past participle of omrekenen

Declension[edit]

Inflection of omgerekend
uninflected omgerekend
inflected omgerekende
positive
predicative/adverbial omgerekend
indefinite m./f. sing. omgerekende
n. sing. omgerekend
plural omgerekende
definite omgerekende
partitive omgerekends