naar buiten komen
Jump to navigation
Jump to search
Dutch[edit]
Etymology[edit]
Literally, “to come outside”.
Pronunciation[edit]
Verb[edit]
- (intransitive) to make public, to publicise, to announce [+ met (object)]
- Synonym: naar buiten brengen
- De kandidaat kwam pas laat naar buiten met het nieuws dat hij het onecht kind was van een marsmannetje.
- The candidate was late to publicise the fact that he was the child out of wedlock, of a Martian.
- Used other than figuratively or idiomatically: see naar, buiten, komen.
Inflection[edit]
Conjugation of naar buiten komen: see komen.