gerechtvaardigd

From Wiktionary, the free dictionary
Jump to navigation Jump to search

Dutch

[edit]

Pronunciation

[edit]
  • Audio:(file)

Participle

[edit]

gerechtvaardigd

  1. past participle of rechtvaardigen

Declension

[edit]
Declension of gerechtvaardigd
uninflected gerechtvaardigd
inflected gerechtvaardigde
positive
predicative/adverbial gerechtvaardigd
indefinite m./f. sing. gerechtvaardigde
n. sing. gerechtvaardigd
plural gerechtvaardigde
definite gerechtvaardigde
partitive gerechtvaardigds