gewichtloos

Dutch

Etymology

From gewicht +‎ -loos.

Pronunciation

• IPA^(key): /ɣəˈʋɪxt.loːs/

• Audio

  (file)

• Hyphenation: ge‧wicht‧loos

Adjective

gewichtloos (comparative gewichtlozer, superlative meest gewichtloos or gewichtloost)

1. weightless

Inflection

Inflection of gewichtloos
uninflected	gewichtloos
inflected	gewichtloze
comparative	gewichtlozer
		positive	comparative	superlative
predicative/adverbial		gewichtloos	gewichtlozer	het gewichtloost het gewichtlooste
indefinite	m./f. sing.	gewichtloze	gewichtlozere	gewichtlooste
	n. sing.	gewichtloos	gewichtlozer	gewichtlooste
	plural	gewichtloze	gewichtlozere	gewichtlooste
definite		gewichtloze	gewichtlozere	gewichtlooste
partitive		gewichtloos	gewichtlozers	—

Derived terms

• gewichtloosheid