verdeeld

From Wiktionary, the free dictionary
Jump to navigation Jump to search

Dutch

[edit]

Pronunciation

[edit]
  • Audio:(file)
  • Rhymes: -eːlt

Participle

[edit]

verdeeld

  1. past participle of verdelen

Declension

[edit]
Declension of verdeeld
uninflected verdeeld
inflected verdeelde
positive
predicative/adverbial verdeeld
indefinite m./f. sing. verdeelde
n. sing. verdeeld
plural verdeelde
definite verdeelde
partitive verdeelds