aambeij
Jump to navigation
Jump to search
Dutch
[edit]Pronunciation
[edit]Audio: (file)
Noun
[edit]aambeij f (plural aambeijen)
- Obsolete spelling of aambei.
- 1845, "Opmerkingen zonder bril, over de geneeskunde en de geneeskundigen tegenover het publiek", in Mengelwerk (from Vaderlandsche letteroefeningen), part 2, page 67.
- Of ook, men begint zich zelf te cureren: men rigt zich eene homoiopatische huisapotheek in, en doet de eerste proefnemingen op die geduldige huisgenooten, honden, katten en paarden; of men koopt voor een paar stuivers een' zoogenaamden geneeskundigen raadgever, ook, naar mate zijner behoefte, een der onlangs van stapel geloopene, onwaardeerbare blaauwboekjes: Geene aambeijen meer! — De tering geneeslijk. — Cognac met zout, enz., of een' waterkatechismus, waarin alle ziekten en derzelver behandeling, in vragen en antwoorden, duidelijk en voor iedereen vatbaar voorgedragen zijn.
- (please add an English translation of this quotation)
- 1845, "Opmerkingen zonder bril, over de geneeskunde en de geneeskundigen tegenover het publiek", in Mengelwerk (from Vaderlandsche letteroefeningen), part 2, page 67.