gemankeerd

From Wiktionary, the free dictionary
Jump to navigation Jump to search

Dutch

[edit]

Pronunciation

[edit]
  • Audio:(file)

Participle

[edit]

gemankeerd

  1. past participle of mankeren

Declension

[edit]
Declension of gemankeerd
uninflected gemankeerd
inflected gemankeerde
positive
predicative/adverbial gemankeerd
indefinite m./f. sing. gemankeerde
n. sing. gemankeerd
plural gemankeerde
definite gemankeerde
partitive gemankeerds