kwijtgeraakt

From Wiktionary, the free dictionary
Jump to navigation Jump to search

Dutch

[edit]

Pronunciation

[edit]
  • Audio:(file)

Participle

[edit]

kwijtgeraakt

  1. past participle of kwijtraken

Declension

[edit]
Declension of kwijtgeraakt
uninflected kwijtgeraakt
inflected kwijtgeraakte
positive
predicative/adverbial kwijtgeraakt
indefinite m./f. sing. kwijtgeraakte
n. sing. kwijtgeraakt
plural kwijtgeraakte
definite kwijtgeraakte
partitive kwijtgeraakts