fanatiek

From Wiktionary, the free dictionary
Jump to navigation Jump to search

Dutch[edit]

Pronunciation[edit]

  • (file)

Adjective[edit]

fanatiek (comparative fanatieker, superlative fanatiekst)

  1. fanatic

Inflection[edit]

Inflection of fanatiek
uninflected fanatiek
inflected fanatieke
comparative fanatieker
positive comparative superlative
predicative/adverbial fanatiek fanatieker het fanatiekst
het fanatiekste
indefinite m./f. sing. fanatieke fanatiekere fanatiekste
n. sing. fanatiek fanatieker fanatiekste
plural fanatieke fanatiekere fanatiekste
definite fanatieke fanatiekere fanatiekste
partitive fanatieks fanatiekers

Descendants[edit]

  • Indonesian: fanatik