onderkoelen

From Wiktionary, the free dictionary
Jump to navigation Jump to search

Dutch

[edit]

Etymology

[edit]

From onder- +‎ koelen.

Pronunciation

[edit]
  • IPA(key): /ˌɔn.dərˈku.lə(n)/
  • Audio:(file)
  • Hyphenation: on‧der‧koe‧len
  • Rhymes: -ulən

Verb

[edit]

onderkoelen

  1. (transitive) to undercool
  2. (transitive) to cause hypothermia
  3. (transitive, physics) to supercool

Conjugation

[edit]
Conjugation of onderkoelen (weak, prefixed)
infinitive onderkoelen
past singular onderkoelde
past participle onderkoeld
infinitive onderkoelen
gerund onderkoelen n
present tense past tense
1st person singular onderkoel onderkoelde
2nd person sing. (jij) onderkoelt, onderkoel2 onderkoelde
2nd person sing. (u) onderkoelt onderkoelde
2nd person sing. (gij) onderkoelt onderkoelde
3rd person singular onderkoelt onderkoelde
plural onderkoelen onderkoelden
subjunctive sing.1 onderkoele onderkoelde
subjunctive plur.1 onderkoelen onderkoelden
imperative sing. onderkoel
imperative plur.1 onderkoelt
participles onderkoelend onderkoeld
1) Archaic. 2) In case of inversion.