aankondiging
Jump to navigation
Jump to search
Dutch
[edit]Etymology
[edit]From aankondigen + -ing.
Pronunciation
[edit]Noun
[edit]aankondiging f (plural aankondigingen, diminutive aankondiginkje n)
From aankondigen + -ing.
aankondiging f (plural aankondigingen, diminutive aankondiginkje n)