blauwdruk
Jump to navigation
Jump to search
Dutch
[edit]Etymology
[edit]From blauw (“blue”) + druk (“print”).
Pronunciation
[edit]Noun
[edit]blauwdruk m (plural blauwdrukken, diminutive blauwdrukje n)
From blauw (“blue”) + druk (“print”).
blauwdruk m (plural blauwdrukken, diminutive blauwdrukje n)