Category:Dutch masculine nouns
Jump to navigation
Jump to search
Newest and oldest pages |
---|
Newest pages ordered by last category link update: |
Oldest pages ordered by last edit: |
Dutch nouns of masculine gender, i.e. belonging to a gender category that contains (among other things) male beings.
Top – A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z |
Pages in category "Dutch masculine nouns"
The following 200 pages are in this category, out of 13,996 total.
(previous page) (next page)A
- Aad
- Aadje
- aagt
- aagtappel
- aai
- aaibaarheidsfactor
- aak
- aakster
- aal
- Aalbert
- aalbessenjam
- aalbessenjenever
- aalbessenstruik
- aalbessestruik
- Aalbrecht
- Aalderik
- Aaldert
- Aaldrik
- aalgeer
- aalkorf
- aalmoezenier
- aalput
- Aalrik
- aalschaar
- aalscholver
- aalstal
- aalstand
- aalsteker
- aâm
- aanbedene
- aanbeet
- aanbesteder
- aanbestedingsregel
- aanbetaling
- aanbeveler
- aanbevelingsbrief
- aanbevolene
- aanbidder
- aanbieder
- aanbiedingsbrief
- aanbiedingsfolder
- aanbiedingsprijs
- aanblik
- aanbodkant
- aanbouw
- aanbouwing
- aanbouwsel
- aanbreng
- aanbrenger
- aandachtsgroep
- aandachtsspanne
- aandachtstrekker
- aandachttrekker
- aandeelhebber
- aandeelhouder
- aandelenbelegger
- aandelenbezitter
- aandelenhandelaar
- aandrijfas
- aandrijfketting
- aandrijfkracht
- aangeslagen toestand
- aangever
- aangroei
- aanhang
- aanhanger
- aanhangwagen
- aanheer
- aanhef
- aanhouder
- aanhouding
- aanklager
- aankomeling
- aankondiger
- aankoop
- aankoopprijs
- aanleg
- aanlegpaal
- aanlegsteiger
- aanloop
- aanmaak
- aanname
- aannemer
- aanpak
- aanrader
- aanrander
- aanrit
- aanroep
- aanschaf
- aanschafprijs
- aanschouw
- aanslag
- aanspreekvorm
- aanstaande
- aansteker
- aansteller
- aanstoot
- aantekenaar
- aantocht
- aanval
- aanvaller
- aanvalsdrone
- aanvalsoorlog
- aanvang
- aanverwant
- aanvoer
- aanvoerder
- aanvrager
- aanwas
- aanwezige
- aanwijzer
- aanzegger
- aap
- aap van de Oude Wereld
- aapmens
- aar
- aard
- Aard
- aard van het beestje
- aardaker
- aardappel
- aardbei
- aardbeiboom
- aardbeienplant
- aardbeivlinder
- aardbevingshaard
- aardbodem
- aardbol
- aardgordel
- aardhoop
- aardkloot
- aardmantel
- aardpeer
- aardpek
- aardsatelliet
- aardschok
- Aardse
- aardwolf
- aardworm
- Aarlenaar
- Aarnout
- Aäron
- aars
- aarsdarm
- aarsvoet
- aarswolf
- Aart
- aartsabt
- aartsbisschop
- aartsengel
- aartshertog
- aartskanselier
- aartsketter
- aartspriester
- aartsvader
- aartsvijand
- aas
- aaseter
- aasgier
- aasvogel
- aasworm
- Aat
- abacus
- Abdoel
- Abe
- abeel
- Abel
- ablatief
- ablativus
- abonnee
- abortus
- abortus provocatus
- Abraham
- abri
- abrikoos
- absint
- absintalsem
- absolute genitief
- absolutist
- abt
- acacia
- academicus
- acaroloog
- accijns
- Acco
- accordeon
- account
- accountant
- accu
- accumulator
- accusatief
- accusativus
- Achab
- Achiel
- Achilles
- achilleshiel