vereren

Dutch

Etymology

ver- +‎ eren

Pronunciation

• Audio:

  (file)

• Rhymes: -eːrən

Verb

vereren

1. to worship

   Zij vereren er de geesten van hun voorouders. — There they worship the spirits of their ancestors.

2. to honour
3. to idolize

Inflection

Conjugation of vereren (weak, prefixed)
infinitive	vereren
past singular	vereerde
past participle	vereerd
infinitive	vereren
gerund	vereren n
	present tense	past tense
1st person singular	vereer	vereerde
2nd person sing. (jij)	vereert, vereer2	vereerde
2nd person sing. (u)	vereert	vereerde
2nd person sing. (gij)	vereert	vereerde
3rd person singular	vereert	vereerde
plural	vereren	vereerden
subjunctive sing.1	verere	vereerde
subjunctive plur.1	vereren	vereerden
imperative sing.	vereer
imperative plur.1	vereert
participles	vererend	vereerd
1) Archaic. 2) In case of inversion.

Derived terms

• verering