bastaard
Jump to navigation
Jump to search
Dutch
[edit]Pronunciation
[edit]Etymology 1
[edit]From Middle Dutch bastaert, from Old French bastard.
Alternative forms
[edit]Noun
[edit]bastaard m (plural bastaarden or bastaards, diminutive bastaardje n)
- a bastard, person born to unmarried parents; in some legal systems a non-heir, or on that criterium restricted to illegitimate sons
- (derogatory) a crossbred offspring deemed to be genetically degenerated; bastard, mongrel
- a bastardised term or language
Synonyms
[edit]- onecht/onwettig/illegitiem kind
Derived terms
[edit]- bastaardaap
- bastaardacacia
- bastaardarend
- bastaardbisschop
- bastaardbloed
- bastaardbokje
- bastaardbroeder
- bastaardcement
- bastaarddier
- bastaarddochter
- bastaardduits
- bastaarddwerg
- bastaarden
- bastaardengoed
- bastaardfrans
- bastaardgalei
- bastaardgeboorte
- bastaardgeep
- bastaardgerst
- bastaardhertebeest
- bastaardheul
- bastaardhoefblad
- bastaardhooi
- bastaardij
- bastaardjonkertje
- bastaardjood
- bastaardjute
- bastaardkerseboom
- bastaardkever
- bastaardkind
- bastaardklank
- bastaardklap
- bastaardklaproos
- bastaardklauwier
- bastaardklei
- bastaardkrab
- bastaardkroost
- bastaardlamp
- bastaardlatijn
- bastaardleer
- bastaardletter
- bastaardmauritaan
- bastaardmuskusdier
- bastaardmuur
- bastaardnachtegaal
- bastaardnarcis
- bastaardnazaat
- bastaardneef
- bastaardopstel
- bastaardpapierboom
- bastaardplant
- bastaardpoliep
- bastaardras
- bastaardrib
- bastaards
- bastaardsch
- bastaardschap
- bastaardschorpioen
- bastaardschutter
- bastaardslag
- bastaardsmaak
- bastaardsnip
- bastaardsoort
- bastaardspin
- bastaardspraak
- bastaardspruit
- bastaardstam
- bastaardsuiker
- bastaardtaal
- bastaardtelg
- bastaardterm
- bastaarduitgang
- bastaardverzen
- bastaardveulen
- bastaardvierschaar
- bastaardvijl
- bastaardvlies
- bastaardvloek
- bastaardvlot
- bastaardvoortteling
- bastaardvorm
- bastaardvorst
- bastaardwagen
- bastaardwederik
- bastaardwesp
- bastaardwijn
- bastaardwind
- bastaardwindhond
- bastaardwoord
- bastaardzaad
- bastaardzoon
- bastaardzuster
- basterdvanille
- verbasteren
Descendants
[edit]Etymology 2
[edit]From French bâtarde (cognate with the above), in some compound.
Noun
[edit]bastaard m (plural bastaarden, diminutive bastaardje n)
- an old canon type
Categories:
- Dutch terms with IPA pronunciation
- Dutch terms with audio pronunciation
- Dutch terms inherited from Middle Dutch
- Dutch terms derived from Middle Dutch
- Dutch terms derived from Old French
- Dutch lemmas
- Dutch nouns
- Dutch nouns with plural in -en
- Dutch nouns with plural in -s
- Dutch masculine nouns
- Dutch derogatory terms
- Dutch terms derived from French