uitvoeren

From Wiktionary, the free dictionary
Jump to navigation Jump to search

Dutch

[edit]

Etymology

[edit]

From uit +‎ voeren.

Pronunciation

[edit]
  • IPA(key): /ˈœy̯tˌfuːrə(n)/
  • Audio:(file)
  • Hyphenation: uit‧voe‧ren

Verb

[edit]

uitvoeren

  1. to execute, carry out; perform
    Ze wilde het plan uitvoeren zoals besproken.She wanted to execute the plan as discussed.
    Het bedrijf heeft de opdracht succesvol uitgevoerd.The company successfully carried out the task.
    De kunstenaar zal zijn act uitvoeren op het hoofdpodium.The artist will perform his act on the main stage.
  2. to output
    De software zal de berekeningsresultaten uitvoeren.The software will output the calculation results.
    Zodra je de data invoert, zal het programma de resultaten uitvoeren.Once you input the data, the program will output the results.
    Ik heb het commando gegeven om de informatie te uitvoeren.I gave the command to output the information.
  3. to export
    Dit bedrijf voert wijn uit naar verschillende landen.This company exports wine to various countries.
    Ze willen hun producten uitvoeren naar Azië.They want to export their products to Asia.
    Door handelsbeperkingen kunnen we momenteel niet uitvoeren.Due to trade restrictions, we cannot currently export.

Conjugation

[edit]
Conjugation of uitvoeren (weak, separable)
infinitive uitvoeren
past singular voerde uit
past participle uitgevoerd
infinitive uitvoeren
gerund uitvoeren n
main clause subordinate clause
present tense past tense present tense past tense
1st person singular voer uit voerde uit uitvoer uitvoerde
2nd person sing. (jij) voert uit, voer uit2 voerde uit uitvoert uitvoerde
2nd person sing. (u) voert uit voerde uit uitvoert uitvoerde
2nd person sing. (gij) voert uit voerde uit uitvoert uitvoerde
3rd person singular voert uit voerde uit uitvoert uitvoerde
plural voeren uit voerden uit uitvoeren uitvoerden
subjunctive sing.1 voere uit voerde uit uitvoere uitvoerde
subjunctive plur.1 voeren uit voerden uit uitvoeren uitvoerden
imperative sing. voer uit
imperative plur.1 voert uit
participles uitvoerend uitgevoerd
1) Archaic. 2) In case of inversion.

Derived terms

[edit]

Descendants

[edit]
  • Afrikaans: uitvoer
  • Negerhollands: vuer yt

Anagrams

[edit]