aquatisch

Dutch

Etymology

Ultimately from Latin aquāticus. This etymology is incomplete. You can help Wiktionary by elaborating on the origins of this term.

Pronunciation

• IPA^(key): /aːˈkʋaː.tis/

• Audio

  (file)

• Hyphenation: aqua‧tisch
• Rhymes: -aːtis

Adjective

aquatisch (not comparable)

1. aquatic [from 19th c.]

Inflection

Inflection of aquatisch
uninflected	aquatisch
inflected	aquatische
comparative	—
		positive
predicative/adverbial		aquatisch
indefinite	m./f. sing.	aquatische
	n. sing.	aquatisch
	plural	aquatische
definite		aquatische
partitive		aquatisch

German

Adjective

aquatisch (strong nominative masculine singular aquatischer, not comparable)

1. aquatic

Declension

Positive forms of aquatisch (uncomparable)

number & gender		singular			plural
		masculine	feminine	neuter
predicative		er ist aquatisch	sie ist aquatisch	es ist aquatisch	sie sind aquatisch
strong declension (without article)	nominative	aquatischer	aquatische	aquatisches	aquatische
	genitive	aquatischen	aquatischer	aquatischen	aquatischer
	dative	aquatischem	aquatischer	aquatischem	aquatischen
	accusative	aquatischen	aquatische	aquatisches	aquatische
weak declension (with definite article)	nominative	der aquatische	die aquatische	das aquatische	die aquatischen
	genitive	des aquatischen	der aquatischen	des aquatischen	der aquatischen
	dative	dem aquatischen	der aquatischen	dem aquatischen	den aquatischen
	accusative	den aquatischen	die aquatische	das aquatische	die aquatischen
mixed declension (with indefinite article)	nominative	ein aquatischer	eine aquatische	ein aquatisches	(keine) aquatischen
	genitive	eines aquatischen	einer aquatischen	eines aquatischen	(keiner) aquatischen
	dative	einem aquatischen	einer aquatischen	einem aquatischen	(keinen) aquatischen
	accusative	einen aquatischen	eine aquatische	ein aquatisches	(keine) aquatischen

Derived terms

• subaquatisch