Category:Dutch informal terms
Appearance
Newest and oldest pages |
---|
Newest pages ordered by last category link update: |
Oldest pages ordered by last edit: |
Dutch terms whose use is typically restricted to casual, non‐ceremonious conversations.
The following label generates this category: informal
(alias informally
)edit. To generate this category using one of these labels, use {{lb|nl|label}}
.
- Category:Dutch childish terms: Dutch terms that are typically only used by, or to, children.
- Category:Dutch informal forms: Dutch terms that can be used in casual, non-ceremonious conversations as alternative forms of other terms.
Jump to: Top – A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z |
Subcategories
This category has the following 3 subcategories, out of 3 total.
C
- Dutch childish terms (0 c, 40 e)
D
- Dutch informal demonyms (0 c, 4 e)
I
- Dutch informal forms (0 c, 1 e)
Pages in category "Dutch informal terms"
The following 200 pages are in this category, out of 778 total.
(previous page) (next page)A
- aan de slag
- aanbeveler
- aankakken
- aanpappen
- aanstelleritis
- aanvliegen
- aasgier
- abo
- achenebbisj
- achterbuurt
- afdrogen
- afkafferen
- afknijpen
- afko
- afranselen
- aftaaien
- aftrekken
- airco
- aju
- al sla je me dood
- allemaal
- alles goed
- alles kits
- als een tierelier
- als een trein
- alstu
- Ambacht
- ambu
- ammehoela
- animeermeisje
- apenbakkes
- apenkop
B
- baala
- baco
- bajes
- bajesklant
- bak
- bak troost
- bakfietsmoeder
- bakfietsouder
- bakfietsvader
- bakkes
- bakvis
- bal
- balen
- banger
- beessie
- beetje
- bek
- bekaf
- bekakte r
- ben je allergisch voor medicijnen
- benee
- bennie
- bepraten
- bere-
- beregeil
- beuk
- bezopen
- bhaiwa
- bib
- bibi
- bieb
- bijdehandje
- Bims
- binnen de Ring
- binnenvetter
- bio
- bios
- blauwbekken
- blauwe boon
- blauwhemd
- blèren
- blitskikker
- blond
- blondje
- bluf-SUV
- boemlauw
- bofkont
- bommen
- bonje
- boomer
- Bosje
- Bouta
- bouwpaus
- bouwvakkersdecolleté
- bovenbaas
- boy
- boykie
- Brabo
- brada
- broekhoest
- brok
- brommen
- brompot
- brosser
- brugger
- Brunsie
- bumor
C
D
- daaro
- dakje
- dalijk
- de
- de beuk erin
- de boter gevreten hebben
- de duvel aandoen
- de mazzel
- de pijp uit gaan
- deal
- dealer
- diagonaaltje
- dickpic
- diepvriesbaby
- dieselgate
- dikke mik
- dikke prima
- dino
- diversiteitsgeneuzel
- docu
- doen
- dom blondje
- dommerd
- donder
- doos
- dot
- douwen
- downie
- draad
- draaikont
- drie keer niks
- drieë
- drugsdealer
- duit
- duomoeder